De aanschaf van een (Australian) Labradoodle.

De Labradoodle

Er worden de laatste jaren veel Labradoodles als gezinshond gehouden.

Dat is niet zo vreemd als je weet dat een Labradoodle een zeer lieve hond is die graag met kinderen speelt.

Het zijn niet alleen lieve honden, maar ook bijzonder intelligente honden die gemakkelijk als pup zijn op te voeden.

Je kunt je afvragen waar komen alle goede eigenschappen van de Labradoodle vandaan?

inhoud tekst

De oorsprong van de Labradoodle

De Labradoodle vind zijn oorsprong in Australië. Een dame op Hawaï had een hulphond nodig voor haar man. Omdat haar man allergisch was voor honden was het noodzakelijk om een anti-allergene hond aan te schaffen.

De allergie komt hoofdzakelijk van de ronddwarrelende haren en huidschilfers in een ruimte. Daarom ging men een Labrador Retriever kruisen met de Koningspoedel.  De naam Labradoodle komt van de samenvoeging van de twee hondenras namen.

Het eerste nestje bestond uit drie pups waarvan er een geschikt was. De Labradoodles hebben ook de eigenschap dat ze gemakkelijk te trainen zijn, ze zijn vriendelijk en kalm en helpen graag mensen.

Intussen ging men verder om de Labradoodle verder te ontwikkelen.

Kruisingen

De pup

Meerdere hondenrassen werden aan het kruisen van de Labradoodle toegevoegd.

Op de eerste plaats werd de Ierse Water Spaniel toegevoegd. Hierdoor werd de diepbruine kleur verkregen.

Vervolgens werd de Curly Coated Retrieven gekruist. Hierdoor ontstond de Labradoodle met nog meer haar op het lichaam, maar niet in het gezicht.

Door te kruisen met de Engelse en Amerikaanse Cocker Spaniel werd de Labradoodle kleiner.

Op die manier werden door de kruisingen drie verschillende groottes gefokt.

De Labradoodle

De grootte van de Labradoodle.

Er zijn drie verschillende groottes.

De Standaard Labradoodle heeft een schofthoogte van 53 tot 63 centimeter en weegt tussen de 23 en 42 kilo.

De Medium Labradoodle heeft een schofthoogte van 43 tot 53 centimeter en  weegt tussen de 15 en 21 kilo.De Miniatuur Labradoodle heeft een schofthoogte van 35 tot 43 centimeter en weegt tussen de 10 en 15 kilo.

Afhankelijk waarvoor je de Labradoodle wilt hebben is de grootte mede bepalend. De grootste heeft dagelijks een lange wandeling nodig. Daar moet je de tijd voor hebben of nemen.

Wanneer je niet graag dagelijks een lange wandeling maakt, kun je de kleinere nemen.

De kleinste is een hond om in huis bij je te zijn. Het voordeel hiervan is ook dat hij of zij met de straat niets van tafel kan slaan.

De Labradoodle pup

De Labradoodle als hypoallergene hond.

We zeggen dat een Labardoodle hypo allergeen is, dus geen haren loslaat, maar dat is niet waar.

Ook een Labradoodle zal verharen en huidschilfers loslaten. Het belangrijkste voordeel hierbij is dat de haren en huidschilfers niet in de vrije ruimte komen.

De losse haren en huidschilfers blijven in de dichte vacht zitten. Daarom moet een Labradoodle minimaal twee keer per week grondig geborsteld worden. Ook daar moet je de tijd voor nemen.

De Labardoodle puppy

De bloedlijn

Bij een gewone Labradoodle wordt de bloedlijn niet streng in de gaten gehouden.

Dat is wel het geval bij de Australian Labradoodle. Hierbij zijn strenge regels om de gezondheid van de honden te waarborgen.

Vaak worden de pups gesteriliseerd of gecastreerd. Dit doet men voordat ze naar een nieuwe eigenaar gaan. Ook worden op die manier  illegale fokkers tegengegaan.

Door deze maatregelen wordt het fokprogramma bewaakt. Doordat deze Australians Labradoodles zo populair zijn, is een wachtlijst van een jaar normaal.

Koop een goede Labradoodle bij een erkende fokker. Dan weet je zeker dan je een goede pup in huis haalt.

Een gewone Labradoodle wordt gefokt uit een Labrador en een Koningspoedel. Bij de Australian Labradoodle worden er meerdere honden rassen gebruikt.

Vraag bij de aanschaf de stamboom op. Dat weet je uit welke honden je pup is gefokt.

De Labradoodle pup

Het uiterlijk van een Labradoodle.

De kop van een Labradoodle is breed, waarbij de wenkbrauwen goed opvallen en vooral ook mooi zijn. Het voorhoofd is korter dan de schedel.

Een Labradoodle heeft grote ogen. Ze kijken lief uit de ogen. De lange wimpers moet je niet afknippen.

De neus van een Labradoodle moet groot en vierkant zijn.

De oren van de Labradoodle hangen  naast de kop. Omdat het hangende oren zijn moeten ze regelmatig worden gecontroleerd. Dat zal een dierenarts bij ieder bezoek zeker doen.

Zo zijn er nog veel meer kenmerken van een Labradoodle. Denk maar eens aan de kleuren van de vacht en de soort. Dus voordat je een Labradoodle wilt gaan uitzoeken, is het belangrijk dat je  er eerst zo veel mogelijk  over leest.

Door de aanschaf van het zeer goedkope koek “Handboek De (Australian) Labradoodle kom je alles te weten dat je als een goede hondenbezitter moet weten.

Handbook

Je kunt ook een gewoon boek aanschaffen dat je in je handen kunt houden om op bijvoorbeeld de bank te lezen.

Het boek Labradoodle Geheimen

 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *